SOMA, 20-03-2013. Technische Bijstand of operationele inzet? Vraag van Peter Verlinden, auteur & VRT-journalist : "Was er in België sprake van publieke commotie over de slachtoffers of over de inzet van de Belgische militairen in 1960 en vooral in 1964"? Kris Quanten, docent K.M.S. en gastspreker, spitste zich vooral toe op de operaties in Stan & Paulis en gaf toe dat vooral de eerste dagen van en na de operatie, de Belgische bevolking zich massaal achter onze kolonialen en militairen schaarde. Vooral de huldiging van de paracommando's tijdens hun defilé door de Brusselse straten was een ijkpunt en toonbeeld van Belgische samenhang en respect voor de rol die de Belgische militairen in Congo hadden gespeeld. De maanden die volgden verwaterde de aandacht hier voor het Congolese probleem zeer fel, om daarna volledig op de achtergrond te belanden. Ondanks de verdere problemen in deze gebieden. Niet vergeten dat na de operaties van de para's (die onder sterke internationale druk slechts enkele dagen duurde) de "Ommegang" verder ging met zijn operaties tegen de rebellen. Veel blanke (Belgische) huurlingen bleven nog jaren actief in het gebied (gedenk de rol van huurlingenleider Jean Schramme in het verdere conflict). Over het probleem van de Chinese of Oost-Europese wapenleveringen, waarover zoveel te doen was geweest, was majoor Quanten zeer duidelijk. Hij vond dat de enkele op de rebellen buitgemaakte munitiekisten en wapens (1 mitrailleuse!) geen echt bewijs vormden voor dergelijke steun. Wel verwees hij naar de Maoïstische opleiding die bepaalde rebellenleiders (o.a. Gbenye) doorliepen in Chinese opleidingskampen. Ook ik heb hierover trouwens verschillende bewijzen gevonden tijdens de voorbereidselen en research voor mijn boek over de Draakoperaties. De Belgische rol in het gebeuren van de jaren 1960-1964 vond spreker, en ik citeer: "brandjes blussen en de Centrale Congolese regering in het zadel houden". Einde citaat. Meer specifiek over de geparachuteerde operaties Rode & Zwarte Draak : deze bestempelt spreker als "bliksemafleider voor de grondoperaties van de Ommegang". Feit is, en hier moet ik spreker bijtreden, was de inzet van de parachutisten te kort om hier enige invloed op het verdere probleem te kunnen uitoefenen. Spaak was ook uiterst beducht voor 1) het verwijt te krijgen van neo-kolonialistische inmenging in 1964 (de rol van de Belgische militairen in het Katangese afscheidingsproces en de internationale kritiek daarop lagen hem nog sterk op de maag) en 2) hij wilde zich zo ver mogelijk van de acties van kolonel Vandewalle houden (die op papier onder de paraplu van de Congolese regering optrad. België had hiermee dus 'niets' te maken) en vooral met de inzet van blanke (Belgische) huurlingen in Vandewalles colonnes was voor Spaak uiteindelijk 'een brug te ver'. Persoonlijk vind ik dat België voor de Amerikanen in dat gebied de kastanjes uit het vuur moesten halen (niet vergeten: we zaten in volle Koude Oorlog). Eigenlijk lagen de bevindingen van Kris Quanten nog geen zo ver naast de kwestie. Over deze namiddag-causerie in het SOMA kan ik dan ook besluiten: interessant maar vooral door de beperking in tijd te beknopt en als dusdanig onmogelijk voor de spreker om echt diep op het onderwerp in te gaan. Eigenlijk vond ik dat het thema beter gespreid ware geweest over een volledige conferentiedag. Maar ondanks alles: bedankt mensen van het SOMA...en we komen zeker nog terug... |
AuthorEddy Hoedt Categories |